Voor hun stichting In2Afrika zijn Jesse en Vincent Oberdorf op het Afrikaanse continent. Vanuit Ghana en Zimbabwe beschrijven zij aan elkaar wat er bij hen allemaal gebeurt en hoe het dagelijks leven van jongeren er uitziet. Vandaag het vijfde deel. Lees hier mee met de verhalen die ze uitwisselen, en check Facebook en Instagram voor meer!

Harare, Zimbabwe

Hé Vin!

Vorige keer schreef ik je al kort over eten. De stroopwafels en bitterballen smaakten goed op de Nederlandse ambassade, maar ook de lokale kost laat ik niet aan mij voorbij gaan! Lunch is hier in Zimbabwe net even iets belangrijker dan in Nederland. Er moet warm worden gegeten, boterhammen volstaan hier niet! Veel supermarkten hebben daarom een groot vers-buffet, waar je een goede lunch kunt samenstellen. Rijst, vlees, saus, groente, fruit, salade, alles is er te vinden. Een maaltijd kost al gauw $5,-, maar dan heb je ook wat!

Een paar dagen geleden heb ik echter iets nieuws ontdekt! Achter Avondale Shops, het winkelcentrum bij mij in de buurt, bevindt zich een mooi alternatief. Op nog geen vijfhonderd meter van de supermarkt, kun je een fantastische lunch samenstellen. In dit geval echter bevindt het buffet zich in de achterbak van een auto! “Rice, chicken and some salad please!” Zo klinkt nu mijn vaste recept. En dat alles voor maar $1,-! The backpackers dream!

Kumasi, Ghana

Ha Jesse,

Dat ziet er goed uit! En als Nederlandse student moet je toch ook een beetje op de kleintjes letten… Hier in Ghana heb ik een haat-liefdeverhouding met eten opgebouwd, die uiteindelijk toch vooral naar de liefde uitslaat. Haat, omdat het als vegetariër toch verdomd moeilijk is hier een hele maaltijd bij elkaar te krijgen! En na een maand kwam ik erachter dat de heerlijk pittige ‘shito’-saus die ik bijna overal bij at, naast pepers ook garnalen bevatte… Vis en kip zijn in de Ghanase definitie nou eenmaal geen vlees. Liefde, omdat je met een béétje open blik enorm veel heerlijke nieuwe dingen kunt proberen. Naast de overvloed aan ‘exotisch’ fruit, ben ik ook van een aantal lokale gerechten gaan houden. Waakye (bonen met rijst) voor ontbijt, plantine (een grote, zoete aardappel-banaan) in alle vormen als snack, en uiteraard fufu als lunch. Fufu, bankoe en kenke, drie varianten van verschillende melen, tot een pap gestampt met water, zijn Ghana’s #1 staple food. Soms erg sterk, altijd met een lekkere soep. En de brede lach op het gezicht van de ladies als je zonder blikken of blozen fufu bestelt, is onbetaalbaar. “Obruni like fufu?!”

Harare, Zimbabwe

Hé Vin!

Haha, de witte man houdt van fufu, dan voel jij je zeker wel goed geïntegreerd in Ghana?

In een brief van een paar weken terug vertelde ik je over Robert. Hij was de beeldhouwer van wie ik een beeldje kocht op het Harare International Festival of Arts. Afgelopen week sprak ik nog een keer met Robert af. Hij had het beeldje helemaal afgewerkt en wilde het nu dan graag eindelijk aan mij overhandigen! Ik sprak met hem af bij de National Art Gallery, in hartje Harare. Robert overhandigde mij vol trots het beeldje en niet zonder reden. Het eindresultaat is prachtig. Wanneer ik het voor elkaar krijg om het in één stuk terug in Nederland te krijgen, zal ik er nog vaak vol herinnering aan terug denken.

Robert maakte van de gelegenheid gebruik om nog een paar ideeën te pitchen voor een beeldhouwbusiness in Nederland. Zo kwam ik die middag te weten dat Robert niet alleen voor de verkoop werkt, maar ook les geeft op twee verschillende scholen in Harare! Hij brengt zijn kunsten daar over op kinderen met een lichamelijke of geestelijke beperking. “Zou ik dit niet in Nederland kunnen proberen? Misschien kan ik dan ook wat beelden tentoonstellen ergens, wie weet verkoop ik nog wel wat!” Ik durf eigenlijk niet in te stemmen, hoe geweldig zijn plan ook klinkt! Met alleen talent kom je helaas niet helemaal tot Nederland… In ieder geval heb ik een aantal business cards van Robert, die kan ik geven aan andere mensen die naar Zimbabwe afreizen. Alle begin is moeilijk!

Kumasi, Ghana

Hi Jesse,

Robert lijkt me een apart figuur, maar niet zonder ambitie, dat moet hem nagegeven worden. En wie weet zou Robert ook in Nederland een fantastische leraar zijn! Het is alleen zo jammer dat hij nooit de kans krijgt om dit te proberen…

Dit doet me denken aan Daniel, een jongen die ik een paar dagen geleden toevallig ontmoette. In de buitenwijk van Kumasi, waar ik onderzoek doe, klopte ik aan bij een mooi, nieuw ogend huis. Na een tijdje wachten op de binnenplaats kwamen een jonge jongen en zijn moeder naar beneden. Ik interviewde hen over een digitaal landadministratiesysteem dat in ontwikkeling is, om te kijken wat hun ideeën hierover waren. Hoewel Daniel’s moeder nogal wat moeite had om zich een dergelijk systeem voor te stellen (en ze wilde eigenlijk ook graag weg omdat ze naar de kerk moest), had Daniel duizend-en-een ideeën voor het systeem. “Het zou goed zijn als de chief eraan gelinkt is, maar het risico is natuurlijk dat het hele ding gehackt wordt!” Na afloop vertelde ik dat het om een onderzoek voor de Universiteit Utrecht ging, waar ik mijn masterscriptie doe. Daniel veerde op: “Daar wil ik ook naartoe! Ik ben klaar met high school, en heb brieven gestuurd naar ‘Gro.. Gronin-gen’ en, Mas.. Mastrikt”. Dan verandert de blik van Daniel een beetje.. “maar ze hebben allebei geantwoord dat high school in West-Afrika niet overeenkomt met een opleiding in het ‘VWO’, dus ik heb mijn Nederlandse droom maar opgegegven”.

Ik weet niet zo goed wat ik Daniel moet vertellen. Ik begrijp dat er eisen aan vooropleidingen zijn, maar het lijkt wel enorm kort door de bocht om álle scholen en daarmee álle studenten in West-Afrika (alles lekker op een hoop) als ongeschikt te bestempelen. Daniel lijkt me een hele slimme jongen, zijn Engels is vloeiend en bijna accentloos, en bovendien begreep ik nog helemaal níks van wiskunde toen ik van de middelbare school kwam! Bovendien, zonder cynisch te zijn, heb ik gestudeerd met een hoop mensen die een stuk minder gemotiveerd lijken dan Daniel. Bij gebrek aan beter heb ik hem maar geadviseerd dat hij na een bachelor in Ghana altijd nog een bachelor of master in Nederland kan gaan doen, dus hopelijk is Daniel’s droom nog een beetje levend…